Get Adobe Flash player

Bijen.

Geen bijen meer geen eten!

100 miljoen jaar bestaan de bijen, ze waren er dus al voor dat de mens kwam.

We kunnen deze groep indelen in vier groepen.

Drie groepen die in een kolonie of samen in een volkje leven, namelijk:

1- De honing bijen. ( De meest gekende groep, maar niet de grootste groep bestuivers.)

2- De hommels.

3- De wespen.

4- De wilde of solitaire bijen. (Deze vierde groep, is ook de grootste groep bestuivers en de interessantste.)

1De honing bijen.

De honing bij.

1- Alle bijen bestaan uit drie delen: achterlijf, borstkas, kop.

2- Bijen hebben geen twee, maar vier vleugels, dus 2 paar.

3- Honingbijen hebben haartjes.

4- Een bij heeft vijf ogen: twee facetogen ( 6000 kleine mini-oogjes bij elkaar ) en drie puntogen op haar kopje. Zo ziet ze het best kleur en licht.

5- Honingbijen hebben antennes waarmee ze kunnen ruiken en proeven.

6- Honingbijen hebben een slurfje ( zoals een olifant maar dan veel kleiner) dit om de nectar mee op te slurpen.

7- Een bij heeft zes poten.

8- Angel waarmee de bij kan steken als dat nodig is.

9- Kleine openingen over het lichaam waardoor ze kunnen ademen.

Hun hartje zit echter in hun kontje. Een bijenhart is een lang buisje onderverdeeld in 5 kamers.

Honingbijen zijn sociale insecten, ze leven in nesten of korven met tot 80 000 werksters, 1 koningin en enkele honderden darren.

Ze noemen dit een bijenvolk.

Het overgrote deel van de populaties van de honingbij leeft in de door mens gecreëerde nesten.

Die worden bijenkorven of bijenkasten genoemd. In de natuur leven bijen op beschutte plekken zoals in holle bomen en soms in ondergrondse nesten.

Bijen kasten.

In tegenstelling tot de werksters zijn de darren luie gasten, ze zorgen alleen maar voor de bevruchting van de koningin.

De koningin daarentegen is super actief en legt per dag na dat ze bevrucht werd door de darren 2000 eitjes per dag en dit gedurende 5 jaar.

De jonge larven krijgen aanvankelijk enkel stuifmeel, later ook nectar.

Twee paar vleugels, 6 pootjes en weinig behaard.

Ze hebben daarom een hogere temperatuur nodig om uit te vliegen ( 9 à 10°C ) ze zijn ook max. 1,8cm groot.

Ook de volwassen bijen eten stuifmeel en nectar.

Nectar dient vooral als energiebron voor het vliegen, stuifmeel is een bron van eiwitten die ervoor zorgt dat het lichaam zich kan ontwikkelen en diverse klieren kunnen functioneren.

Het stuifmeel wordt door de voedsterbijen verwerkt tot koninginnengelei.

De koningin krijgt dan ook haar leven lang die koninginnengelei.

Ze is herkenbaar doordat ze wat groter is dan de andere bijen, meestal in een kast is de koningin gemerkt met een stickertje, (kroontje) om ze makkelijker terug te vinden.

De nectar die niet onmiddellijk gegeten wordt, zal door de bijen tot honing verwerkt worden en bewaard worden in de raten, dit voor moeilijkere tijden.

Waarom kruipen die bijtjes in de bloemen?

Niet om honing te verzamelen, in bloemen zit geen honing maar nectar.

Nectar.

Wat is nu nectar?

Wel nectar is een suikerrijke vloeistof die de planten aanmaken om bestuivers, waaronder de bijtjes, te lokken. De nectar bevindt zich meestal onder in de bloem zodat de bijtjes gedwongen worden langs de meeldraden naar beneden te kruipen.

Het stuifmeel van de meeldraden blijft aan de bijen kleven en zo brengen ze stuifmeel van de ene naar de andere bloem.

De nectar wordt uitgescheiden door honingklieren binnen ( of soms buiten) de bloemen en bevat glucose, fructose en sacharose. Nectar bevat ook proteïnes, vitamines en smaakstoffen. De samenstelling verschilt van plant tot plant. Vandaar dat de honing van verschillende planten anders smaakt.

Het grootste deel van de nectar wordt al tijdens de terugvlucht van de verzamelplaats naar de bijenkast bewerkt.

De bij met de nectar.

In de speciale honingmaag worden enzymen, organische zuren en andere stoffen toegevoegd.

In de bijenkast wordt de nectar door middel van braken doorgegeven aan werkbijen.

De honing wordt door deze bijen verder met enzymen verrijkt en het overtollige water wordt deels onttrokken.

De bewerkte nectar wordt dan in de vorm van een druppeltje in een cel van de raat uitgebraakt.

Tijdens het rijpen verdampt nog een aanzienlijk deel water uit de honing en krijgt ze een stroperige consistentie.

Verse bloemennectar bevat ongeveer 70% water, volrijpe honing bevat nog slechts 18% water. De bijen verzegelen de raat met rijpe honing met een wasdekseltje.

Wist je dat…… Om 1kg honing binnen te halen vliegen bijen 1 keer de omtrek van de aarde.

Dan is de mens de pikkendief die de honing uit de raten gaat wegnemen voor menselijke consumptie.

Dit wordt dan de honing die wij kennen.

Twee imkers in hun werkpak.

Die pikkendief noemt men een imker.

Een bijenhal aan de Liermolen.
Bijen kasten in bijenhal.

Één bij maakt in haar korte leven minder dan 1 gram honing.

Een bijenvolk kan in één seizoen ongeveer 30kg honing maken.

Een honingbij heeft minstens 20 miljoen bloemen nodig om voldoende nectar te verzamelen voor 1kg. honing.

Stuifmeel.

Wat is nu stuifmeel? ( oftewel pollen )

Dit zijn de mannelijke sporen van de zaadplanten. Het is afkomstig van de meeldraden van de bloemen, van katjes of de mannelijke kegels van naaktzadigen.

Stuifmeelcellen worden bij de bloemen gevormd in de helmknop bovenaan de meeldraad. Als het stuifmeel terecht komt op de stamper van een andere bloem van dezelfde soort vindt er bevruchting plaats.

Stuifmeel bestaat vooral uit eiwitten, koolhydraten, vetten en water. Daarnaast bevat het ook mineralen en vitamines.

Wist je dat …. Een bij slaat tussen de 190 en 240 keren per seconde met haar vleugels. Dit is het gezoem dat we horen als een bij voorbijvliegt.

Een honingbij de werkster dus steekt wanneer ze zich bedreigd voelt en vooral ook wanneer het volk bedreigd wordt.

In de aanvliegroute naar een bijenkorf lopen is geen goed idee, de bijen gaan dan hun nest verdedigen.

Wanneer een honingbij steekt sterft ze daarna.

De angel blijft nl. met een weerhaak in je lichaam steken en wanneer de bij zich losrukt, wordt haar achterlijf beschadigd.

De angel moet je zo vlug mogelijk verwijderen, want hij blijft gif afgeven ook na de steek.

Bijen vliegen niet verder dan 5 kilometer van hun bijenkast.

Maar het liefst vinden ze lekkere bloemen en planten niet verder dan 2 à 3 kilometer van hun kast.

Zo verspillen ze niet al te veel energie. Slim!

Boterbloem

De bijen zien de bloemen niet op de zelfde manier dan wij die zien.

Wij zien een boterbloem zoals op de foto hier boven rechts, de bijen zien deze zelfde boterbloem zoals op de foto links.

In die rode vlek daar moeten ze zijn, daar zit de nectar.

2- De hommels.

De hommels zijn die dikke donzige gestreepte insecten die luid zoemen.

Hommel.

Ze leven dus ook samen in groep met een 1 koningin.

Ze hebben ook 2 paar vleugels, hommels zijn lekker behaard en kunnen goed tegen de koude.

De koningin vliegt al bij een buitentemperatuur van 2°C, de werksters bij 6°C.

Hommels leven dus in kolonies met 300 tot 600 samen.

Ze hebben een koningin, werksters en ook een aantal darren, die komen uit onbevruchte eitjes en hebben ook als enige functie de koningin te bevruchten.

Ze leven maar 1 jaar in tegenstelling tot de honingbijen die meerdere jaren leven, alleen de jonge koninginnen overwinteren en vormen na de winter een nieuwe nest.

Ze bouwen hun nesten vaak onder de grond maar ook wel in tuinhuisjes en andere plaatsen, waar ze zich veilig voelen.

Volwassen dieren gebruiken nectar als energiebron.

Ze leggen hier ook voorraad van aan voor bij slecht weer.

Voor de larven verzamelen ze stuifmeel, die ze opslagen voor het transport naar hun nest in korfjes aan hun achterpoten.

Ze maken niet echt honing, maar leggen wel nectarvoorraadjes aan.

Die nectar wordt echter niet ingedikt zoals bij honingbijen

Steken of niet?

Hommels zijn geen agressieve insecten.

Ze steken uiterst zelden, enkel wanneer hun nest zou bedreigd worden.

Hommel.

Ze gaan NIET dood nadat ze gestoken hebben.

Hommels gaan zich beperken tot een aantal planten of bloemensoorten, waardoor ze minder concurrentie vormen voor andere insecten.

Hommels zijn de beste bestuivers voor tomaten, het is maar dat je het weet.

Hommel

3- De wespen.

Deze soort hebben ook 2 paar vleugels ze zijn slanker, ze noemen dit een ‘ wespentaille’

Ze zijn weinig of niet behaard en ze zijn ongeveer 2 cm lang.

Ze leven ook in kolonies met tot wel 7000 individuen, in een nest dat er papierachtig uitziet.

In deze kolonie leeft een koningin die de winter overleeft.

Na de winter wordt de nest uitgebreid met werksters en darren.

Het nest wordt gemaakt van houtpulp, op donkere plaatsen, soms ondergronds, meestal bovengronds.

Wespen zijn ‘alleseters’ – De larven krijgen rupsen e.d. – De volwassen wespen eten nectar en zoete vruchten.

Ze stelen ook honing uit honingbijen nesten!

Ze bestuiven ook bloemen.

Steken of niet?

Vrouwelijke wespen kunnen steken wanneer ze zich bedreigd voelen.

Vermijd dus met je armen te zwaaien wanneer een wesp op je af komt.

Wespen hebben in principe geen interesse in jou, wel in je appel, limonade, koekjes enz. Wespen gaan niet dood na de steek.

Ze kunnen zelfs tot 10 keer na elkaar steken en het vergif trekt zelfs andere wespen aan.

Aan het einde van de zomer legt de koningin eitjes in iets grotere cellen.

Hier komen mannetjeswespen uit. Ook worden er in die tijd nieuwe koninginnen geboren. Ze vliegen samen weg (een mannetje en een nieuwe koningin) om te gaan paren.

De koningin heeft haar taak volbracht, de werksters hebben geen taken meer en vliegen rond op zoek naar zoete dingen.

Dat is de tijd dat we last hebben van wespen.

Komt de eerste nachtvorst dan gaan koningin, haar werksters en de mannetjes dood.

De jonge koninginnen die bevrucht zijn, hebben een plekje gevonden om te overwinteren.

Er bestaan ook grotere wespen deze noemen we dan Hoornaars.

Grootte en beschrijving: 19 – 35 mm. Heeft een bruinrode kop en borst en een geel getekend achterlijf. De bruinachtige, doorzichtige vleugels steken iets uit het achterlijf.

Leeft meestal in bossen, ook in de buurt van huizen als daar geschikte nestgelegenheid is. Leeft van april tot oktober.

Je vind ze meestal terug in holten van bomen, eventueel onder dakgoten en ook soms in tuinhuisjes. De nesten maken ze uit een intensief gekauwd mengsel van speeksel en hout. In een nest kunnen tot 600 hoornaars zitten.

De ene hoornaar is de andere niet | Natuurpunt
Europese hoornaar.

Er is de laatste jaren ook een Aziatische versie die onze inheemse soorten verstoren. Hieronder zie je het verschil.

Als je deze soort moest tegen komen is het goed van dit te melden om ze te verwijderen, omdat zij onze inheemse soorten doden.

Aziatische hoornaar
Aziatische soort.
Hoe bestrijd je de Aziatische hoornaar? | Tij-dingen
Hier ziet u het verschil.

4- Wilde of solitaire bijen.

Indrukwekkend en niet – stekend.

De collega’s van onze sociaal levende honingbijen, hommels en ‘lastige’ wespen verrichten als bestuivers en vernietigers van rupsen en bladluizen onvervangbare diensten in de tuin.

Solitaire bijen en wespen zijn ook veel vreedzamer dan hun sociale verwanten. Veel soorten hebben zelfs geen angel of een die te zwak is om onze huid te doorboren. Zelfs de weinige soorten die pijnlijk kunnen steken, doen dat niet. Met slechts 4-8weken is hun leven gewoon te kort om het bij het verdedigen van het nest in gevaar te brengen.

Daarom zijn deze insecten de ideale ‘huisdieren’ voor iedereen die plezier heeft in het observeren van de natuur in de tuin.

Iedereen die kinderen heeft, kan hun met wilde bijen en andere nuttige insecten van heel dichtbij een spannende en veilige natuurbelevenis bieden.

Er zijn zo ongeveer 400 soorten gekend. Alle soorten hebben echter met elkaar gemeen dat hun leefgebied klein is, ze vliegen zo rond de 100 meter van hun nest, of beter van hun gaatje.

De meeste wilde (solitaire) bijen leven onder de grond 80%, maar 20% leeft boven de grond en kan je terug vinden in onze bijen hotels.

Binnen een cirkel van een paar honderd meter moet alles beschikbaar zijn wat ze nodig hebben:

-Afhankelijk van de soort bepaalde waardplanten voor de verzorging van het broedsel met stuifmeel bij wilde bijen, en prooien voor de wespenvrouwtjes.

Bouwmateriaal v.b. klei, planten met lange bladharen, hars of plantaardige olie, bloemen of bladeren van bepaalde planten om stukken uit te knippen.

-Gunstige broedplaatsen, hout met gaten, geschikte plekken op de grond, klei enz.

Voor vele soorten kun je de ‘goede fee’ worden en met een paar eenvoudige ingrepen alle drie wensen vervullen!

Uiteraard hebben deze ook 2 paar vleugels, 6 pootjes en ze zijn ongeveer 1cm groot en toch wel wat harig.

Deze bijen leven solitair (alleen), dus niet sociaal.

Een vrouwtje legt eitjes in gangetjes (ongeveer tot wel 10 eitjes per gangetje) naargelang de mogelijkheid of lengte van het gangetje.

De larven worden niet verzorgd maar leven van voedselvoorraad aangebracht in het gangetje of in de plaats waar de eitjes gelegd werden.

Er is uiteraard géén koningin, alle vrouwtjes worden door de mannetjes bevrucht en leggen eitjes.

De volwassen bijen voeden zich met nectar.

Voor de larven die uit de eitjes komen maken ze voedselvoorraadjes waar nectar én stuifmeel in zit.

Solitaire bijen zijn belangrijk bij het bestuiven van bloemen, ze zijn ook de grootste groep.

De rosse metselbij houdt van veel verschillende bloemen, maar er zijn ook solitaire bijen die zich in 1 of enkele soorten bloemen specialiseren.

Voorbeelden:

De witte klaver worden bezocht door de klaverdikbij.

Op de kogellook vinden we de look maskerbij.

Op de heggenrank zit de heggenrank zandbij en op het knoopkruid vinden we de houdmetselbij en zo kunnen we doorgaan.

Wol bij

Solitaire bijen steken uiterst zelden, enkel wanneer je bvb op hen zou trappen.

Ze kunnen wel meerdere malen na elkaar steken, want ze hebben een gladde angel.

Er bestaan veel verschillende soorten solitaire bijen. De soort die het vaakst gebruik maken van bijenhotels, is de rosse metselbij.

Einde maart of begin april vliegen de mannetjes van de rosse metselbijen het éérst uit. De mannetjes zijn tegen dan al erg ongeduldig en beginnen te paren met de vrouwtjes zo gauw die tevoorschijn komen.

Metsel bijen.

Nu begint het werk voor het vrouwtje. Ze brengt in een buisje of spleetje liefst tussen 4mm en 9mm diameter een muurtje aan. Dat maakt ze van zand of aarde dat ze met haar speeksel heeft vermengd.

Insecten hotel.

Dan maken ze een voedselprop van nectar en stuifmeel. Vervolgens legt ze een eitje in het broedsel, die ze opnieuw afsluit met een muurtje.

In één buisje maken de vrouwtjes een tiental broedcellen achter elkaar, naargelang de diepte van het buisje of spleet.

Vooraan het buisje zit altijd een mannetjes bij, want die moet er het éérst uit. Helemaal vooraan is er een lege ruimte eveneens afgesloten door een muurtje, deze ruimte blijft leeg, dit voor mogelijke indringers die op zoek zijn naar de eitjes om te smullen. Een mogelijke indringer is de bonte specht die de eitjes of larfjes een lekkernij vinden.

Dit is de ingang voor de wilde bijtjes, 3 gaatjes zijn al bezet.
Dit is een boven zicht van een uit elkaar genomen insecten hotel. Je ziet de kleine larfjes met eten. Dit worden later bijen.

Na ongeveer 5 dagen komt er een larfje uit het eitje gekropen. Het larfje smult gedurende 2 à 4 weken van de voedselprop en gaat zich vervolgens inspinnen en verpoppen.

Insecten hotel, metselbijen.

Vanaf augustus zit er een volledig ontwikkelde bij in de cocon.

Metsel bijen hotel.

Het duurt nog tot het volgende voorjaar voor de bijen uitvliegen.

Dus ze blijven in dat gaatje of buisje 1 jaar zitten.

Nestjes toegemetseld met brij van aarde, dit zijn metselbijen.

Vrouwtjes bijen leven 10 à 12 weken, mannetjes bijen iets korter.

De insectenhotels of kastjes hang je op met de ingang van de gaatjes naar het Zuid Oosten gericht, omdat de hotels zonnig en droog moeten zijn en liefst dat de ochtend zon er op schijnt.

Insectenhotels dienen het hele jaar buiten te blijven. Als na een paar jaar bepaalde gangetjes of buisjes onbewoond blijven kan je ze in de winter eens leeg maken door ze uit te schudden om het dood broedsel of de leemresten te verwijderen. Wees wel voorzichtig dat je de bewoonde gangetjes niet beschadigd. Misschien zal je dan in het volgende voorjaar weer nieuwe bewoners ontdekken.

Als je hout gebruikt om gaatjes in te boren gebruik dan loofhout. Het meest duurzaam is het hout van acacia, eik en fruitbomen. Andere houtsoorten zijn minder geschikt. Het hout moet onbehandeld zijn en niet geschilderd.

Het eventuele dakje en zijpanelen mogen wel behandeld of een laagje milieuvriendelijke verf krijgen.

De gaatjes moeten mooie glad en aan de achterkant dicht zijn, bijtjes houden niet van tocht. 🙂 Je kan ook riet of bamboestokken gebruiken, zorg dat de gaatjes ook een binnen diameter hebben tussen 4 en 9mm. Je kan ze in de lengte afzagen volgens de inbouw diepte van je kast, bak of waar je ze wilt in verzamelen. Zaag ze wel in de lengte af achter een knoop, zodat ze achteraan dicht zijn.

Een ander soort van wilde bijen zijn de zandbijen, maken elk apart hun nestjes in zanderige grond.

Niet alle wilde bijen gaan zich nestelen in gaatjes van insectenhotels maar graven hun eigen gangen in de grond. Die vind je overal, maar meestal is de bodem te dicht begroeid, te schaduwrijk, te nat of te zacht om de bijtjes onderdak te bieden. Het is dan ook aangeraden van bestaande broedkolonies te beschermen. Je kan deze zien door de typische zandhoopjes in tegelvoegen of op een helling. Losjes begroeide, droge, zanderige, maar verdichte bodem op een zonnige locatie zijn typische ‘verdachte locaties’ controleer voordat je er gaat graven, water geeft of planten neerzet of er misschien jonge wilde bijen leven. Je kan er dan zelf een paar lege slakkenhuizen bij leggen, zo bied je aanvullende nestgelegenheid voor bijtjes die zich in deze slakkenhuisjes willen vestigen.

Nest plaats voor zand bijen.

Dood hout is ook een natuurlijke nestlocatie van veel wilde bijen.

Interessant zijn verticale stammen. Simpel, afgestorven fruitbomen niet vellen, maar alleen de takken verwijderen en de stam laten staan.

Hier kan je na enkele jaren zelfs de blauwzwarte houtbij verwachten, die haar nestgangen diep in het rotte hout knaagt.

blauwzwarte houtbij - ANW (Algemeen Nederlands Woordenboek)
Blauwzwarte houtbij.

Wordt vervolgd