Dagvlinders
We gaan hier een overzicht geven van de dag vlinders die we hier in de streek zien.
Citroenvlinder.
Een van de eerste vlinders die uit vliegen bij 13 a 14 °C overwinteren ook als vlinder ( imago)
Grootte en omschrijving: Voorvleugel 30mm
Vleugels van het mannetje zijn citroengeel, van het vrouwtje vaalgeel/wit.
Vleugels zijn duidelijk spitse punten.
Oranje/rode midden vlek in de vleugels.
Rups is groen met witte strepen aan de zijkant.
Habitat en voorkomen: Open bosrand, tuinen en bloemrijke gebieden.
Voedsel en gedrag: Vliegt in februari tot september.
Rupsen eten wegedoorn en sporkehout. Overwinteren in hulst en klimop.
Dagpauwoog.
De dagpauwoog overwinterd ook als volwassen vlinder of imago.
Grootte en omschrijving: voorvleugel 29mm.
Dieprode vleugels hebben vier grote pauwachtige ‘ogen’ dit is een verdedigingstekening, hij opent zijn vleugels als een vijand nadert.
Onderzijde is donker bruin en lijkt op boomschors, zodat deze bijna onzichtbaar is als hij op een tak van een boom zit.
De rups is 40mm lang, zwart en borstelig.
Habitat en voorkomen: Bloemrijke plekken, ook in tuinen.
Voedsel en gedrag: Vliegt in maart-mei en in juli-september.
Mannetjes zijn territoriaal en dagen zelfs vogels uit die over hun omgeving vliegen.
Rupsen voeden zich alleen met brandnetel.
Gehakkelde aurelia.
Grootte en omschrijving: voorvleugels 25 mm.
Vleugels hebben gekartelde randen. De vleugels van vrouwtje zijn minder puntig en lichter dan die van de mannetjes.
Bovenzijde is oranje met zwarte en lichtgele tekeningen. Gecamoufleerde onderzijde van achtervleugels heeft een kommavormige witte tekening.
Rups is 35mm lang, zwart en borstelig.
Habitat en voorkomen: Bosrand, tuinen, heggen en andere bloemrijke plekken.
Voedsel en gedrag: Vliegt in maart-september. Twee generaties per jaar, waarbij de tweede generatie donkerder is dan de eerste.
Rupsen voeden zich met brandnetels, hop en iepen.
Overwintert als volwassen vlinder, hangend aan bladeren.
Wordt vervolgd.